Rijksbijdragen
Rijksbijdragen | 2019 | begroting | 2018 |
Rijksbijdrage OCW | 479.520 | 469.860 | 483.493 |
Aanvullende bekostiging | 9.738 | 0 | 0 |
Nog te besteden aanvullende bekostiging | -9.738 | 0 | 0 |
Geoormerkte OCW-subsidies | 3.197 | 3.758 | 1.293 |
Niet geoormerkte OCW-subsidies | 31.045 | 26.928 | 30.677 |
Overige subsidies OCW | 34.242 | 30.686 | 31.970 |
Ontvangen doorbetalingen Rijksbijdrage SWV | 27.524 | 24.378 | 19.573 |
541.286 | 524.924 | 535.036 |
(bedragen x € 1.000)
Rijksbijdrage OCW
De gerealiseerde (normatieve) rijksbijdrage OCW bedraagt in het verslagjaar € 479,5 miljoen. De rijksbijdrage OCW maakt daarmee 83,7% uit van de totale baten in 2019 en is € 9,6 miljoen (2,1%) hoger dan begroot. De hogere bijdrage wordt met name veroorzaakt door indexaties.
In december is € 9,7 miljoen ontvangen vanuit de ‘Regeling bijzondere en aanvullende bekostiging PO en VO 2019’. De regeling geeft aan dat vo-scholen per leerling 154,96 euro ontvangen. Scholen kunnen deze extra middelen uitgeven aan bijvoorbeeld meer ontwikkeltijd, werkdrukverlichting, begeleiding van startende leraren, begeleiding van zij-instromers, onderwijsinnovatie of maatregelen arbeidsmarktvraagstukken. De wijze van besteding vindt met actieve betrokkenheid van het onderwijzend personeel plaats. Deze middelen worden pas uitgegeven in 2020 en 2021 en zijn daarom opgenomen onder de post Overlopende passiva.
Geoormerkte en niet-geoormerkte OCW subsidies
Geoormerkte OCW-subsidies
De geoormerkte subsidies OCW zijn € 0,6 miljoen hoger dan begroot. De in 2018 niet bestede subsidieopbrengsten voor technisch vmbo waren onder de overlopende passiva verantwoord en zijn dit jaar vrijgevallen ter dekking van gemaakte kosten.
Niet-geoormerkte OCW-subsidies
De niet-geoormerkte OCW-subsidies zijn € 4,1 miljoen hoger dan begroot. Dit wordt onder andere veroorzaakt door hogere prestatieboxgelden in verband met een hoger budget per leerling.
Ontvangen doorbetalingen Rijksbijdrage Samenwerkingsverband
De ontvangen doorbetalingen Rijksbijdrage SWV zijn € 3,1 miljoen hoger dan begroot. Dit wordt met name veroorzaakt door de keuze voor opting out van diverse samenwerkingsverbanden, waarbij de werkelijke bijdragen in sommige gevallen later bekend zijn.