Professionele inkoop 

In een markt waarin concurrentie toeneemt en sprake is van schaarste van goederen en personeel, is het een uitdaging om aanbestedingen zodanig op te zetten dat voorzien wordt in de behoefte en een geschikte (en betaalbare) leverancier kan worden geselecteerd. De complexiteit van de voorbereiding van aanbestedingen, de marktoriëntatie of -consultatie en de keuzevrijheid voor wat de organisatie nodig heeft, zijn allemaal aspecten die maken dat hier flink in wordt geïnvesteerd.     

Dit begint met inzicht, inzicht in de (materiële) geldstromen en inzicht in de processen die hieraan ten grondslag liggen. We investeren in de registratieve kant van het proces. En naar mate het inzicht groeit, zien we ook dat er nog slagen te maken zijn en dat er nog volop kansen liggen.   

De scholen van OMO kwalificeren zich niet als afzonderlijke operationele eenheden. Dat betekent dat zij niet zelfstandig opdrachten kunnen aanbesteden, maar dat dit op het niveau van de vereniging moet. Bovendien moet voor de raming van de opdrachtwaarde en de vraag of de drempelwaarde wordt overschreden de waarde van alle (vergelijkbare) opdrachten worden samengesteld. Voor OMO geldt dat vrijwel iedere overeenkomst die gesloten wordt moet voldoen aan de (Europese) aanbestedingsregels. Dat vraagt veel van de organisatie, ook in de wijze waarop naar inkoopvraagstukken wordt gekeken. Daarom professionaliseren we de organisatie verder, met als achterliggend doel meer grip te krijgen op het inkoopproces, met een betere beheersing van rechtmatigheidsrisico’s en een betere financiële verantwoording en besteding van publieke middelen. Hiervan vindt een doorvertaling plaats in het inkoopbeleid.